De tol van een lange tocht

De evacuatie van Arnhemmer Jan Collignon (13 november 1928) leidt naar grootmoeder in het Groningse Grootegast. Daar bezwijkt zijn moeder aan een – te laat behandelde – voetontsteking. Zijn in Duitsland te werk gestelde vader mist de begrafenis. Jan leed honger die hem ernstige wonden bezorgt. Terug in Arnhem volgt een goed leven. Jan trouwt en vindt fijn werk.
Vanaf het dak ziet Jan in de verte vliegtuigen en dalende parachutisten. Meer krijgsvertoon zal hij niet zien. Zijn buurt blijft rustig. Wel post op iedere kruising een Duitse soldaat. ‘Daar was je wel benauwd voor.’ Jan woonde vanaf 1941 in de Sint Antonielaan 141, met moeder en twee zussen. Zijn vader wordt tewerkgesteld in Duitsland. Op 17 september vlucht het bevriende gezin Sauer voor hevige gevechten in de Broerestraat en trekt in bij de Collignons. Als evacués gaan drie Collignons met het vierkoppige gezin Sauer noordwaarts. Moeder kan al snel niet meer lopen door een ‘zere hak’. Sauer neemt haar achterop de fiets. Een volgestouwde kinderwagen vervoert ook Jan’s viool en trompet. Toekomstmuziek?
In Loenen worden beide gezinnen ‘toegewezen’ aan een boer. Die laat hen houtblokken zagen, voor weinig eten. Jan raakt ondervoed, wat later zal leiden tot ernstige beenwonden.
Moeder wil verder. Via Apeldoorn met een vrachtwagen naar Leeuwarden, en vandaar naar het West-Groningse Grootegast, naar opoe, haar moeder. In een Leeuwardens ziekenhuis wordt ze behandeld. De burgemeester regelt dat het Arnhemse groepje per trein naar Groningen kan. Geschrokken door luchtalarm rent Sauer’s dochtertje de trein uit, het perron af. Ouders en broertje rennen haar achterna. De trein vertrekt, zonder Sauers. Met een in Groningen wachtende vrachtwagen tenslotte naar Grootegast. Daar overlijdt moeder na negen dagen aan wondroos, 48 jaar oud. Twee dagen na de begrafenis arriveert vader. Hij blijft in Grootegast. Jan leert er scheren en knippen bij een kapper. Hij mist moeder, maar, zegt hij: ‘Die negen maanden heb ik er een goeie tijd gehad.’ In juli terug naar Arnhem, per truck. Voor Jan is slechts plaats op de harde ronde plaat, waarop normaal de trailer rust. Vijf uur krampachtig vastklampen. Aan de Sint Antonielaan is het rommelig. Jan’s zus krijgt er negen kinderen, het wordt er krap. Jan trekt in bij een tante op de Johan de Wittlaan. Oom is tuinman bij de AKU, Jan gaat er werken. Hij krijgt er uiteindelijk een mooie baan, als laborant en trouwt.

Plaats een reactie

Wilt u een reactie geven?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *